|
Home
Inhoud: |
Hoofdstuk
5. ONNA. Door
Steenwijk heen hebben we heel wat bekijks. Ik dacht dat het op zaterdagochtend
wel rustig zou zijn maar dat heb ik mis. Alle Steenwijkers gaan op
zaterdagochtend vroeg naar de supermarkt. Leo houdt zich voorbeeldig. Komt dat
door het schapenvachtje om het tuig? Voor
12 uur moet ik de SVR bellen voor een campingadres in Ruinen waar ik morgen
naar toe wil. Op zondag mag je nl. niet bellen. Wat is zo'n mobiele telefoon
dan vreselijk handig. Onder een grote kastanjeboom druk ik op de knop en bingo
het is voor elkaar. Vroeger zat ik altijd in de zenuwen of ik wel op tijd een
telefooncel zou vinden. Even
later zie ik aan de overkant van de weg een café. Er naast een grote linde en
een stukje gras. Dit café is er speciaal voor mij neergezet. Leo uitspannen,
hoofdstel af, halster om, honden er uit en naar binnen. In de hal doe ik mijn
laarzen en druipende regenjas uit. Van de waard krijg ik een dot slagroom bij
de koffie. Na de tweede kop koffie ga ik even naar Leo kijken. Hij staat te
dromen met zijn kont tegen een paaltje aan. Ik zal zo eens kijken of hij
misschien last van de staartriem heeft. Bij de staart is niets te zien. Hij
gebruikt het paaltje om er tegenaan te hangen. We
vervolgen onze natte wandeling en nu beland ik, geheel onverwachts, op een
reuze leuke SVR camping. Het
tentje zet ik gauw op, de achterkant naar het zuid/westen waar al die
nattigheid vandaan komt. Mijn regenjas hang ik in het huifkarretje te drogen.
Nu gauw mijn natte broek en sokken verwisselen en mijn dikke schapenwollen
trui aan. Koffie en een boterham, laat nu de regen maar stromen, wij zitten
lekker binnen. Het
is niet te geloven maar na een uurtje wordt het droog, wat zeg ik, er laat
zich een waterig zonnetje zien. Niet voor lang trouwens. Om drie uur wint de
zon het definitief. Met een straffe wind er bij zijn alle natte spullen gauw
droog. Wat een verademing als je weer buiten kunt zitten. Nu
ik de VVV kaart nog eens goed bestudeer bemerk ik dat ik op weg naar Ruinen
praktisch door Ansen kom. Daar heb ik een jaar of drie geleden een paar
nachten gestaan met hond Kerrie en Leo als pakezel. Toen was het zo snikheet
dat ik op het dorpspleintje onder een boom met rond bankje enigszins
verkoeling moest zoeken. Daar zal ik nu geen last van hebben, integendeel het
wordt volgens de voorspellingen hooguit 16 à 17 graden. Ja, Ansen wordt
morgen het doel van de reis. Deze onstuimige, natte dag eindigt stil. Een
mooie rustige wat frisse avond waarin ik eindelijk eens in mijn meegenomen
boek ga lezen.
|